De oorverdovende stilte van de Tsjechen

Verdieping

3 minuten Door Merlijn van Dijk

Wie aan inwoners van voormalig communistische landen vraagt naar hun verleden krijgt meestal een oppervlakkig antwoord. Vraag het aan een Tsjech en het blijft oorverdovend stil. Om dat te begrijpen moet je de geschiedenis kennen.

 “Niemand in Tsjechië wil toegeven dat hij lid was van de communistische partij, dat maakt het land echt bijzonder. In veel voormalig communistische landen is dat het geval, maar nergens zo erg als in Tsjechië”, vertelt Oost-Europadeskundige Carlos Reijnen. Volgens historicus en Tsjechiëdeskundige Filip Bloem, wordt het communisme wel besproken, maar niet in persoonlijke kring: “Politici, intellectuelen en kunstenaars praten zeker over het communisme, in het publieke debat is het onderwerp aanwezig. Maar zodra het dichtbij komt en persoonlijk wordt, is het een ander verhaal.”

Zwijgen
De Tsjechen waren ooit groot voorstander van het communisme. In de jaren ‘60 had de communistische partij 1,65 miljoen leden. Bovendien heeft het land tot op de dag van vandaag een communistische partij, die steevast kan rekenen op 10 à 15 procent van de stemmen. Door hun rode geschiedenis en de huidige communistische partij is het voor veel Tsjechen moeilijk om over het verleden te praten.

Volgens Reijnen hebben de Tsjechen in zekere zin een rol in hun eigen onderdrukking gehad: “Ze hebben zelf de communisten aan de macht geholpen terwijl het communistische gedachtegoed in andere landen werd opgelegd. De Sovjetunie zette in die landen gewoon een communistisch bewind neer, in Tsjechoslowakije werd de Sovjetunie geholpen door de bevolking.”

Ook de aanwezigheid van de huidige communistische partij bemoeilijkt het praten. Reijnen: “Aangezien het communisme in Tsjechië nog zo gepolitiseerd is, is het eigenlijk nog moeilijker om te vertellen dat je ooit zelf lid was. Het communisme is in Tsjechië niet een vale foto uit het verleden, het is nog aan de orde van de dag.”

De communistische traditie
Al ruim voor de Tweede Wereldoorlog had Tsjechië een communistische partij. De partij werd opgericht in 1921. Bloem vertelt: “In toenmalig Tsjechoslowakije vonden de communisten uitzonderlijk veel weerklank. Bij de parlementsverkiezingen van 1925 werden ze de tweede partij van het land. Vanaf eind jaren twintig waren ze een trouwe bondgenoot van de Sovjet-Unie.”

Na de Tweede Wereldoorlog wonnen de communisten de verkiezingen in Tsjechoslowakije. Ze behaalden bijna 40 procent van de stemmen, een ongekend grote overwinning. De oorsprong van deze overwinning ligt bij het Verdrag van München. In navolging van dat verdrag annexeerden de nazi’s een groot stuk van Tsjechoslowakije. Het westen keek toe en deed niets. Bloem: “Veel Tsjechen verloren hun vertrouwen in het westen, en daarmee in de democratie en het kapitalisme. De communisten wierpen zich op als ware behartigers van het nationale belang. Ze sloegen een patriottistische toon aan en presenteerden het communisme als iets dat heel goed bij de Tsjechische tradities aansloot.”

Het communisme nu
Na de val van de Muur in 1989 zetten de Tsjechen de communisten af. De dissident Václav Havel werd president en het land was verlost van het communistische juk. De communistische partij werd evenwel niet verboden.

Bloem: “Havel wilde dat niet. Hij kwam zelf uit een vermogende familie waarvan alles was afgepakt door de communisten. Hij wilde dat niemand aandoen en vond ook dat iedereen, tot op zekere hoogte, medeplichtig was aan het communistische regime. Ook zij die niet actief waren, hebben door hun stilzwijgen het regime in stand gehouden. Havel vond dat de lijn tussen goed en fout niet tussen verschillende mensen liep, maar door ieder individu. Hij wilde niet een hele groep wegzetten als fout, maar riep mensen op in de spiegel te kijken en zelf verantwoording af te leggen. Als gevolg van die houding kon de communistische partij voort blijven bestaan.”

Reijnen vult aan: “Mensen die nu op de communistische partij stemmen, doen dat vaak uit onvrede over de huidige politiek. Er is vrij veel corruptie in het land en een stem op de communistische partij is ook een proteststem."

Praten
Bloem en Reijnen geloven beiden dat de Tsjechen steeds meer het verleden onder ogen zien. Bloem: “In Tsjechië wordt steeds meer onderzoek gedaan naar het eigen communisme. De archieven van de Tsjechische geheime dienst zijn openbaar gemaakt. Dat is een volgende stap in het verwerken van het verleden.” Wel dringt de tijd. Reijnen: “De communistische partij is aan het vergrijzen, ik denk dat zij over een aantal jaar verdwenen is.”

Share this